Wim & Joke's vakantie website

Na een brakke nacht staan we op. Tot een uur of twee was er live muziek. Deze camping doet ons denken aan de camping ‘Bergsee Ratscher’ van vorig jaar. We hadden een plek tegenover het sanitair gebouw dat rond middennacht schoongemaakt werd, wat een tijd! Als we er wat van zeggen bij het uitchecken is het volgens de beheerster normaal om op een camping tot zo laat feest te vieren. Wij zijn niet bereid om €20,- te betalen en na enige discussie wordt de rekening verfrommeld en hoeven we helemaal niets te betalen. Dat is dan weer een meevallertje.

Even na 9 uur fietsen we weg over een glooiend en rustig weggetje. Het valt op dat we in een glooiender omgeving zitten dan gisteren. De dalen zijn breder en je kunt verder weg kijken. Ook zien we meer zonnebloemvelden en minder mais. We hebben zelfs een eerste wijndruivenveld gezien. We komen uit in Terraube, een vestingstadje uit de Middeleeuwen.

Voor Lectoure dalen we eerst nog af naar zo'n 85 meter hoogte/diepte. Uiteraard gevolgd door een lange klim (3km) naar vestingsstad Lectoure met kathedraal dat op een heuvel ligt (186m). Er is een wekelijkse markt en we vermoeden dat die in alle toeristische boeken vermeld staat, want het is smoordruk. We lopen met de fiets in de hand door de massa langs kraampjes met kleding, kazen, olijven, groente, bloemen en lokale wijntjes. We halen een brood en een lekkere muffin bij een bakkertje. Als we weer kunnen fietsen, zien we een supermarkt voor wat extra drinken en bananen. We komen de stad uit via een drukke weg (formaat autoweg). Gelukkig slaan we snel, na een klim, een rustiger weggetje in. Aan deze weg zoeken we nog voor Miradoux een lunchplek in de schaduw, dat valt nog niet mee. Uiteindelijk zien we een weilandje met schaduw, waar we neerstrijken. Verderop in het weilandje staan bijenkasten, maar het is blijkbaar te warm voor de bijen want we zien ze niet. Na de lunch vervolgen we de klim die snel een stuk pittiger wordt. Dat valt nog tegen, zo in de volle zon. Na Miradoux gaat het weer wat omlaag. De hele ochtend heeft de zon geschenen en zo langzamerhand komen er wat meer schapenwolkjes.

We blijven dalen en klimmen naar de volgende Pelgrimsplaats: Flamarens. Hier komen we diverse wandelaars en fietsers tegen die de Jacobsroute volgen. Het kasteel in het plaatsje wordt gerestaureerd, een groot karwei. Ook vinden we er een kraantje met drinkwater, waar we dankbaar gebruik van maken. De wandelroute kruizen we weer bij Auvillar, een bijzonder plaatsje met stadspoort uit de 12e eeuw en een ‘graanhal’.

Na Auvillar dalen we af naar de rivier de Garonne. We fietsen de laatste 20 kilometer tussen de rivier en het kanaal door. En dat is vlak, een bijzondere ervaring na de afgelopen dagen klimmen en dalen. In Moissac gaan we eerst op zoek naar de super. Moissac is een toeristisch plaatsje met veel bloembakken. De camping ligt aan de Tarn, aan de overzijde van het centrum. We komen op Camping de l'Ile du Bidounet veel meer fietsers tegen. Naast ons staat een Belg, die dezelfde route zuidwaarts fietst. We maken gebruik van het zwembadje van de camping om af te koelen. Daarna gaan we eindelijk eten koken, wat later dan de andere dagen.